Partner en pensioen



Als je gaat trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaat
Trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan is voor jouw pensioenregeling hetzelfde. Je moet dat melden bij het PFNLR. Als je aan DSPO hebt gemeld dat je een partner hebt, dan wordt dat automatisch ook aan PFNLR doorgegeven. Je partner heeft dan recht op partnerpensioen als je overlijdt.

Let op: als je ongehuwd samenwoont, heeft je partner niet automatisch recht op partnerpensioen bij jouw overlijden. Om jouw partner daarvoor in aanmerking te laten komen, moet je of ten minste zes maanden onafgebroken een gezamenlijke huishouding voeren, of een notarieel samenlevingscontract hebben. Een kopie van dat contract moet worden opgestuurd naar je pensioenuitvoerder.



Als je gaat scheiden of het samenwonen of geregistreerd partnerschap beëindigt
Bij scheiding of beëindiging geregistreerd partnerschap heeft jouw ex-partner recht op de helft van het ouderdomspensioen dat je opbouwde tijdens het huwelijk of de periode van het geregistreerd partnerschap. Om ervoor te zorgen dat de ex-partner een deel van het ouderdomspensioen ontvangt, moet jij of jouw ex-partner binnen twee jaar de pensioenuitvoerder op de hoogte stellen van de scheiding.

Je kunt met jouw ex-partner afwijkende afspraken maken. Deze afspraken moeten worden vastgelegd in het scheidingsconvenant. Ook hiervan moet je de pensioenuitvoerder binnen twee jaar op de hoogte stellen.

Jouw ex-partner heeft ook recht op het partnerpensioen dat je opbouwde tot de datum van echtscheiding of beëindiging geregistreerd partnerschap. Voor het recht op het partnerpensioen hoef je niets te doen, tenzij jouw ex-partner afstand doet van dat recht. In dat geval moet je het PFNLR informeren.

Let op: het recht op een deel van het ouderdomspensioen geldt niet voor ongehuwd samenwonenden. Ongehuwd samenwonenden moeten zelf afspraken maken over de verdeling van het pensioen.